zondag 28 december 2014

2014: een balans



Terwijl 2013 het jaar was waarin mijn vader stierf, is 2014 het eerste jaar dat hij er écht niet meer was. Het verdriet stond gelukkig niet meer constant op de eerste plaats (zie 2013: een balans) en dat bood ademruimte. Uiteraard heb ik hem op duizenden manieren gemist, vooral in binnenpretjes en eigen-aardigheden*. Ik miste zijn commentaar ook bij de doden van 2014: de geschiedenisles bij Leo Tindemans, de lachrimpels bij wereldvreemde Fabiola, het lichte misprijzen waarmee hij over Luc de Vos zou praten en de herkenning die hij bij Joe Cocker zou voelen. Want hoe volstrekt koud deze mans muziek hem ook liet, hij zorgde wél voor de openingstrack van onze Wonderjaren.

Maar laat dit stuk niet opnieuw een rouwrelaas zijn, 2014 was vooral een hoopvol jaar. Op twee fronten. ‘In den beginne was het woord’: 2014 was zeker het jaar van de pen en dat bleek wederom heiliger voor mijn welzijn dan welke bijbel ook. Misschien schreef ik nog niet zo doorgedreven als ik mezelf had voorgenomen in het begin van het jaar, het besef dat ik bovenal wil schrijven, was overweldigend en zorgde meteen ook voor de grootste angst van 2014. Ik heb nachten wakker gelegen van het besef dat mijn drift om te schrijven het allergrootst, het dierlijkst, het meest van mij is. Dit besef uitte zich ook in de gebeurtenissen, de optredens, samenwerkingen, uitnodigingen, publicaties, de paar honderden euro’s die ik er extra mee verdiende. Ik ging er meestal niet naar op zoek, het kwam op mijn pad en ik moest er zelf tijd, ruimte en zelfvertrouwen voor zien te vinden. Daarover meer als Huiverinkt zeven jaar wordt. Maar voorlopig: Pen, ja, ik zie U graag, verdomd moeilijk, impulsief, lief en teder beest. Koest en woest wil ik U. En ook Gij laat mij niet los.

Daarnaast was 2014 het jaar van vriendschap, warmte en verbondenheid. Elk feestje, elk bijzonder weekend, elke vakantie stond in teken van vriendschap. Ook het merendeel van de conflicten en wrevel in 2014 leidde tot een herdefiniëring van de plaats die vriendschap in mijn leven inneemt. Eén ding staat vast: het is een belangrijke plaats. In 2014 en ver daarbuiten.

Tot slot, kortom, het lijstje:

Moment van het jaar: Het onweer in de Pyreneeën. En dat overleven. 

Gevoel van het jaar: Hoop...

Boek van het jaar: Fictie: ‘Paarden stelen’ van Per Petterson. 
Non-fictie (met een knipogend vraagteken): ‘De hele olifant in beeld’ van Marja de Vries.

Weekend van het jaar: Het aprilweekend waarop de twintig mensen die na mijn drammerig aandringen het olifantenboek lazen in de Rivierenbuurt verzamelden. We filosofeerden, dansten, dronken, aten, huilden samen, kneedden de spanning uit elkaars lijf, smeedden plannen om de wereld te verbeteren en werden bovenal nog betere vrienden van elkaar.

Man/vrouw van het jaar: Moeilijk, ik beleefde dit jaar veel momenten van diepe verbinding. Maar toch gaat de eer naar P., de chi kung-lerares die ik na een wilde dansnacht begin 2014 steeds beter leerde kennen en die een heel jaar lang een vinger aan de pols hield. En meer.

Herontdekte liefdes van het jaar: De Belgen in het WK! De grote wereld in mijn schrijven! E. en E., twee Belgische vriendinnen die ik dit jaar nog beter leerde kennen. En ook Peter Pan, deze keer niet meer vermomd als (ex-)geliefde of verdwaalde soldaat, maar vooral als een vriend (*en auteur van het sterrenwoordje) die ik ondanks alles niet missen kan.

Zorg van het jaar: Dat de aardbol nog steeds naar de verdoemenis lijkt te gaan. Dat het de vraag blijft of we nog een volgende generatie moeten belasten met deze zorgvuldige, gewetenloze vernietiging. Gelukkig was er veel hoop om tegengewicht te bieden.

Muziek van het jaar: De stilte. Door zanglessen te nemen, besefte ik hoe moeilijk het is om mijn stem écht te laten horen. Ik ben van plan deze tegenstrijdigheid in meer toonhoogtes te laten klinken volgend jaar. Angsten hebben immers maar één bestaansrecht: de uitdaging om hen aan te gaan.

Concert van het jaar: Nog meer dan Stromae, nog meer dan Prince: The Necks. Vooral in het Amsterdamse BIM-huis, maar ook wel in de Gentse Handelsbeurs.

Kledingstuk van het jaar: Het ooit peperdure satijnen paarse jurkje dat ik voor een prikje vond in de tweedehandskledingswinkel om de hoek. Als het Prince niet opgevallen is, dan wel mijn Facebookvrienden.

Trots van het jaar: De brieven waar ik extra veel aandacht en tijd aan besteedde. Vooral die aan Rupert Sheldrake (vrijwel ongelezen gebleven), de brief aan Matthijs in DW B en de brief aan Herman Gorter die op de website van Perdu gepubliceerd werd (en op Facebook voor de onbeduidendste scheldpartij van het jaar zorgde).

Verrassing van het jaar: Mijn diploma van de reiki I-cursus. Wordt vervolgd in 2015. En dat de zwaartekracht en lichtsnelheid wel eens geen constanten zouden kunnen zijn. Dat ik steeds beter kan leven met de enige zekerheid: dat er geen zekerheid is.

Conflict van het jaar: Schrijven versus de realiteit met al haar ogen en haken, haar blindheid en wilde haren.

Lul het jaar: Een gedeelde eerste plaats voor twee klootzakken. Eén toonde dertig uur lang twee gezichten, de andere wist mijn aandacht zo’n dertig dagen vast te houden, tot hij begreep dat mijn voelsprieten beter ontwikkeld waren dan zijn vadsige narcisme. Gelukkig kreeg de laatste teelbal een plek in een gedicht dat nog steeds in de running is voor een prijs van tienduizend euro. Al moet ik daar eerlijkheidshalve ook een goede vriend voor bedanken, waarover later meer.

Nieuwkomer van het jaar: Een eerste kus die begin december werd uitgedeeld, tillen we voorzichtig over landsgrenzen heen, naar de eerste seconden van 2015.

zaterdag 27 december 2014

Aantekeningen bij de eindejaarsdagen


Dit zijn geen dagen om hoofdschuddend alles wat niet mocht zijn met restjes rode wijn weg te spoelen. Dit zijn dagen om met ontbloot bovenlijf door parken te hollen en vrouw te zijn. De benen te spreiden en heer des huizes te spelen. Om kerken te mijden, hondsdolheid te veinzen, buiten adem op kasseien neer te zijgen. Een tijd om het vuil onder elkaars nagels weg te bijten en te knipogen alsof het een kus was. Om met gedichten sneeuw op de voorruit te tekenen en achteruit elkaars naam te spellen, tot de stilte overdondert en we in dromen de vredespijp met goede voornemens roken. Kijk: in iedere hoek vind je letters om je vrij te pleiten, in elk bed lakens om rond je lichaam te plooien. De stapel boeken staat recht en wordt hoger. De pen hapt naar onbeduidendheid die ertoe doet.

woensdag 10 december 2014

Aantekeningen uit de Rijnstraat



As we write cirkelen helikopters rond de Riverside Bar. Mijn muzen worden uit hun koers geblazen. De onderwereld huist niet langer in mijn buik, maar woont en moordt daarbuiten. Op een koude decemberstraat. Wanneer wordt een schrijver verdacht? Als hij schrijft of als zij zwijgt? Ik weet het niet. Wat ik weet: dat dronkenlappen zich beter bezighouden met geilen op Whitney op groot scherm. En ook met een zachte (tong)val en het promille alcohol in whiskey onderschatten. Dit klopt niet. Het wordt dus tijd angsten op te doeken en daartoe wil ik oproepen, maar ik weet niet hoe. Behalve door te blijven schrijven tot schrik een droom wordt, een moord het einde van een tijdperk, een liquidatie het vloeibaar worden van een wereld die van ons afglijdt als een slangenvel. Vannacht wordt het niet koud. We staan het niet toe. We bezweren de winter en leggen de eed af. Alles wordt beter.

zondag 7 december 2014

Kleine ode aan het screenshot


'Command – shift – drie'. Voor de fijnproever, het kader: 'Command – shift – vier'. Soms een jachtmes, soms een appel uit een handtas, soms een appel in een boom. Screenshot, duivel van censuur en onrecht, u vangt op tijd wat het liefst onder de mat geveegd wordt. U weet: zachte heelmeesters zijn slordige kuisvrouwen en échte schrijvers hebben lak aan huishoudelijke reglementen. Maak dus zichtbaar wat het bange daglicht niet verdraagt, wat zwaar op de maag ligt, toon wat ons slapeloos en verward maakt. Het onverteerbare zet naast hersencellen ook speekselklieren aan het werk. En opgeruimd staat soms helemaal niet netjes. Dus: slikken, bitch. Met tranen in de ogen zuigen, lieverd. Tot de laatste leugen ontmaskerd is, tot niets overblijft, tot we bloot zijn en beginnen.  

dinsdag 2 december 2014

Brief aan de Belabberde Minister Schauvliege


Minister Schauvliege,

Ik weet het. Een aardige brief gebruikt ‘beste’ in de aanspreking. Maar deze brief wil niet aardig zijn. En naast een grammaticaal spelletje dat ik als schrijfster graag speel, is het vooral iets wat ik niet over mijn hart kan krijgen, u met ‘Beste minister' aanspreken. Want laat ons eerlijk zijn, Joke Schauvliege, u bent misschien wel de Belabberdste Minister van Omgeving, Landbouw en Natuur die Vlaanderen ooit heeft gehad.

Gisteren werd bekend dat elf Bekende Vlamingen de Vlaamse, Waalse, Brusselse en federale regering in gebreke stellen. Door deze Klimaatzaak aan te spannen, hopen ze ervoor te zorgen dat de regeringen wel hun verantwoordelijkheid zullen opnemen in het drastisch verminderen van de CO2-uitstoot. Een dag later heeft de Facebookpagina van de Klimaatzaak al meer dan 5000 likes verzameld. Opnieuw een signaal van de Belgische bevolking dat u hopelijk in uw slapeloze uren als adembenemend aanvoelt. Terecht.

Uw publieke reactie in de media was zo plat, dat ik ze amper durf te herhalen. But, hey ho, let’s go: “De overheid heeft zeker een verantwoordelijkheid die niemand zal ontkennen, maar persoonlijk gedrag en vrije keuze spelen eveneens een rol.” Daarbij steekt u ootmoedig een hand in eigen boezem en biecht u op dagelijks 150 kilometer woon-werkverkeer met de wagen af te leggen. Slechts zelden neemt u de trein en u tokkelt bovendien urenlang op uw smartphone en andere energieverbruikende devices. Met een slap handje kaatst u vervolgens de bal terug naar de stoute BV’s. Wat doen zij? O jee, laten zij soms ook het licht aan terwijl er niemand in de woonkamer is? Nemen zij soms twee douches per dag? Dat verdient de roe, stoute, stoute burgers!!

Ja, inderdaad. Misschien pleiten zij, net als u en ik, schuldig op een aantal fronten. Het is zinvol daar met z’n allen op dagelijkse basis bij stil te staan en ons gedrag voortdurend bij te stellen tot het echt duurzaam is. Maar misschien ondertekenden die BV's ook de petitie om de verloning met bedrijfswagens en diesel te stoppen. Misschien stortten ze twintig euro om de leefbaarheidsstudie van Ringland, het alternatieve plan voor de overkapping van de werkelijk ‘adembemende’ Antwerpse ring, via crowdfunding mogelijk te maken. Eén ding is zeker: ze voelen zich genoopt om als rolmodel in Vlaanderen het voortouw te nemen in deze Klimaatzaak. Ze nemen hun verantwoordelijkheid.

Mijn persoonlijk gedrag, mijn vrije keuze en mijn verantwoordelijkheidsgevoel laten mij deze brief schrijven. Luc De Vos heeft zich naar alle waarschijnlijkheid dood gezopen. Dat is triestig, maar was het zijn verantwoordelijkheid om kerngezond stokoud te worden? Nee. Hij heeft zijn ding gedaan, hij heeft harten geraakt en zijn melancholische ziel blootgelegd. Dat voelde voor hem als een logische, authentieke keuze. Doet u uw ding, mevrouw Belabberde Minister? Wat is uw gedrag, uw keuze, uw verantwoordelijkheid? Toch meer dan 'geregeld de trein nemen', niet? Even checken. U bent meer dan burger. U bent Vlaams minister van Omgeving, Landbouw en Natuur.

Ministers vertegenwoordigen kiezers. Ze stippelen beleid uit, maken ideologische keuzes, hebben een groot aandeel in het vormgeven van de wereld van morgen. Wat doet u? U gaat voor het kortetermijndenken. Samen met uw makkers bespaart u op openbaar vervoer. U duwt het BAM-tracé ondanks het fijn stof en de uitslag van een referendum, door de Antwerpse strot. U zet bekende burgers die hun verantwoordelijkheid wél nemen weg als klagers die geen hand in eigen boezem durven steken.

Dat doen ze dus juist wel, mevrouw Schauvliege. Ze voelden goed en voelden een hart dat klopt. Ze luisterden naar hun longen en spanden een Klimaatzaak aan. Ik ben trots op hun hart, op hun longen. Maar u? U blijft vooralsnog de belabberdste minister van Omgeving, Landbouw en Natuur die Vlaanderen ooit heeft gehad.

Met boze groet,

Marie

p.s. Die 150 kilometer per dag met de auto, misschien kan u die ook bij verantwoordelijke burgers in andere landen afkopen? Zoveel zal het niet uitmaken, aangezien België toch al voor 194 euro aan schone lucht geshopt heeft.
p.p.s. (voor mijn lezers): Deze brief rolt uit de Huiverinkt-jukebox op Facebook. Bij de vierhonderdste like beloofde ik te kiezen uit de onderwerpen die me werden doorgestuurd. Ik hield me aan mijn belofte. Allez hop, nu allemaal 20 euro storten voor Ringland. Of op zijn minst deze petitie tekenen.

Populaire berichten