woensdag 25 februari 2009

In memoriam Jaap Kruithof

Vanmiddag kreeg ik op mijn werk plots een sms’je van mijn moeder. ‘Jaap Kruithof is gestorven’. Tien minuten later stond hetzelfde nieuws te lezen op zowat alle nieuwssites. Dat deze befaamde knorpot dood is, raakt me. Niet dat ik tot de generatie behoor die ooit les van hem kreeg. Zo oud ben ik niet. Kruithof was een bewonderaar van mijn grootvader en na diens dood nam hij contact op met mijn moeder. Ik woonde al een hele tijd niet meer thuis, maar toch heb ik hem de laatste jaren een paar keer ontmoet toen ik naar Mortsel trok. Die paar ontmoetingen waren genoeg om toch een soort grootvadervertedering voor hem te ontwikkelen.

De eerste keer was bevreemdend, beangstigend bijna. Februari 2007, een zondagnamiddag die twijfelt tussen lenteaspiraties en echte kou. Ik stond op het punt om een lange relatie stop te zetten, maar wist op dat moment nog niet voldoende over vorken en stelen en hoe ze in elkaar zitten. Met mama, zusje en Blaise trok ik naar zijn vervallen huis om zijn ‘museum’ te bezichtigen en taartjes te eten. Dit ‘museum’ bestond uit een onwaarschijnlijke collectie onbenulligheden die hij op grote rekken in zijn kelder uitstalde. Lampenkappen, Kindersuprises, poken, knuffelberen, antieke massageapparaten. Al dit vreemds was op ondoorgrondelijke wijze gerangschikt: soms naar materiaal, dan weer naar doel of vermeende esthetische waarde – of het gebrek eraan. Vooral over de lelijke dingen was hij enthousiast. Hij vertelde vol vuur hoe hij alle rommelmarkten van de provincie Antwerpen afstruinde en de verkopers steevast op hun plaats zette wanneer ze te veel geld vroegen voor een prul. Wanneer hij een mooie deal had gesloten, hield hij uiteraard wijselijk zijn mond. Urenlang trok hij ons van de ene kelderruimte naar de andere. We mochten niet ophouden te kijken, te luisteren. Zijn monologen waren vooral op woede berust. Vaak om dingen die in mijn leven, ook al is het aan de zijlijn, wel belangrijk zijn. Skivakanties bijvoorbeeld.

Achteraf kregen we elk een taartje. Die taartjes kocht hij steevast voor zijn bezoekers. Orerend over de patserigheid van de kapitalistische maatschappij keek hij toe hoe we het fruit en de slagroom in onze monden propten. Zelf at hij niks. Ook op tuinfeesten van mijn moeder at hij verbazingwekkend weinig. En al wie wel at, kreeg alle morele implicaties op een schoteltje erbij.

Kruithof hield niet zo van poëzie, althans dat liet hij tijdens die paar ontmoetingen uitschijnen. Van de twee zusjes vond hij mij de moeilijkste, het jongere exemplaar kon hem veel meer bekoren. ‘Marie, dat is een moeilijke. Ze leeft maar met een kwart van de kracht die ze bezit.’ Hoe hij tot die uitspraak kwam, weet ik nog altijd niet goed. Misschien omdat ik na vier uur museumbezoek en het obligate taartje zelf een beetje weerbarstig werd. Het betaamt niet om op een blog te vertellen wat voor persoonlijks ik terugkaatste. Maar het kwam aan, dat was duidelijk. Toen de avond viel, was hij opmerkelijk stil geworden. En ik had een vreemdsoortige sympathie voor hem ontwikkeld.

De dag erna kreeg ik heel hoge koorts. De ziekte die volgde, maakte me sterk genoeg om mijn relatie stop te zetten. Nog steeds geloof ik erin dat die kennismaking met Kruithof de eerste oorzaak was van veel belangrijke gevolgen. Ik heb nooit zijn boeken gelezen of lessen gevolgd. Toen ik hem leerde kennen was hij al oud. Maar toch staat hij in mijn herinnering gegrift als een belangrijk man, hoe vervelend ik hem ergens ook vond. Hij bezat de kracht om mensen te doen stilstaan bij dingen die graag worden toegedekt. Kleine gewoontes, verslavingen die in se helemaal niet goed zijn voor de mensheid, maar die we in een soort collectieve onderdrukkingsdrang van elkaar accepteren. Die dingen haalde hij in mensen naar boven. Vervelend, maar wel nodig.

Rest in peace, Jaap. En een kus van Moeilijke Marie.

en ps: bedankt voor de steun die je mijn mama bood.

dinsdag 24 februari 2009

De uitslag van poll 6, Desda en Tantalus.


Het is moeilijk tijd te vinden om klein te schrijven. Erger nog: schrijven is de laatste tijd een Tantaluskwelling. In spanning watertanden, dat wel. Maar bijten lukt niet. Tussen de regels van het leven of pal erop, allebei geen avance. In tijden van druk mailverkeer suizen er tientallen denkbeeldige brieven en gedichten door mijn hoofd. Ze lopen vrij rond daarboven, zonder knellende schoentjes. Wanneer ik een doos tijdschriften naar mijn slaapkamer heb versleept, denk ik ‘Als hier nu geen verhaal inzit!’ Elke gisteren lijkt morgen een staartje te krijgen: een avond voor mezelf. Maar Dirk Vekemans had gelijk toen hij gisteren zei dat ik routine mis.

Het was nochtans heel fijn om op Desda mijn brief aan de winter en een handvol gedichten voor te lezen. Ik luisterde naar de anderen, wees hen trots aan, vertelde verhalen aan mijn vriendinnen, vroeg Maarten om zijn openingsgedicht uit 'Tumult'. Dat de spaghetti verschrikkelijk was, vergeten we snel. Ik spoelde de zenuwen weg met witte wijn en moest lachen met een zatte vriendin die erg atypisch gedrag vertoonde op een poëzie-avond. Ze riep de gekste dingen door de voordrachten heen en vervulde me met ergernis die me deed hopen op een revolutie. Maar wat was het Stukcafé groot. Wat waren die lichten fel en warm. De letters schreeuwden: wat staan we hier naakt. Wat ben jij stil, bedenker.

Nu goed, klagen hoeft niet. Ik genoot van mijn verkopersrol tijdens de pauze. Winkeltje spelen vond ik vroeger leuker dan vadertje en moedertje. Bij dat laatste werd ik altijd de baby, terwijl ik enkel vader wou zijn. Nee, verkopertje spelen. Dat is retoriek, dat is knipogen, beloven en glunderen. De plastieken citroenen heb ik omgeruild voor tijdschriften, het houten kraam werd een stoel en de grote centen met tandjes erin werden overschrijvingen en cash euro’s. Elk exemplaar dat ik verkocht, heb ik stiekem besnuffeld. Wat ruikt papier lekker. Elke keer anders, net zoals een kat of een man. Of een paard…

En nee, zo vaak heb ik niet geroken. Literaire tijdschriften verkopen voor geen meter. Of niet? Daar wil ik in de volgende poll u wel eens over uithoren. Nu nog de resultaten van de zesde poll.

Poëziecollectieven? 38 stemmers hadden daar hun mening over. 44 % vindt het een goed idee. 15% denkt dat al dat lawaai de poëzie geen eer aandoet. En een fikse 39% kan het geen bal schelen. U hebt onmiskenbaar allemaal gelijk.

Liefs
Marie

ps Bovenaan ziet u een deel van de cover van de eerste Kluger Hans. Gepikt uit een recensie van Edwin Fagel, maar uiteraard bovenal een deeltje van het wondermooie ontwerp van ttwwoo.
pps Didi, fijne kennismaking!

dinsdag 17 februari 2009

Desda op 23 februari



'Desda', vorig jaar nog op een andere locatie in het Leuvense, behoort tot de top drie van poëziepodia die ik zelf mocht betreden. Net genoeg bruine kroeg om niet suf te zijn, een niveau dat niet van bedroevende kwaliteit is, gastvrije organisatoren en een aandachtig maar kritisch publiek. Vorig jaar deed ik nog een poging om tijdens mijn voordracht de griep weg te hoesten. De dag nadien bleek ik jammerlijk mislukt in mijn opzet en borg ik mijn schrijfsels met hoge koorts op voor een volgende keer. Dit jaar doen we het anders. Met een gezonder lijf en wat stevigere schoenen zal ik u mijn hersenspinsels schenken.

Er rest mij nog één probleem. Als verstrooide schrijfster in hart en nieren beschik ik nog steeds niet over een rijbewijs of bijhorende auto. Mocht iemand uit het Gentse dus zin hebben in een avondje poëzie met de rasechte podiumbeesten Jee Kast, Maarten Inghels en Didi de Paris... Lemme know please!

Kunstencentrum Stuk, Naamsestraat 96, tussen 21u. en 23u., inkom gratis.

ps De muzikale gasten ken ik niet, maar ik kan u met het hand op het hart vertellen dat de andere dichters van die avond absoluut de moeite waard zijn!

dinsdag 10 februari 2009

May I present you... Kluger Hans

Eind februari verschijnt een nieuw literair tijdschrift dat zowel op papier, online als op het podium zal bestaan.

Uit de inleiding:
“Het 'Kluger Hans-effect' is actueler dan ooit en kan slechts via één middel ondervangen worden: literatuur. Literatuur is een communicatiemiddel waarbij de zender zelf niet op de hoogte is van de juiste betekenis van de boodschap of van de juiste oplossing voor het probleem. De ontvanger al evenmin. Dit noemt men in de psychologie de ‘dubbelblind-methode’. Via deze methode waarborgt literatuur een vorm van authenticiteit in de boodschap en doordat ze bovendien ruimte laat voor de lezer, voorkomt ze haar eigen afzwakking tot ontspanningslectuur en nicheproduct.

Kluger Hans staat voor een literatuur die het contact zoekt met de omringende wereld, die het poëtische in de werkelijkheid blootlegt en die pragmatisch is. Kluger Hans draagt geen fundamentele waarheden uit, maar heeft wel iets te zeggen. Teksten die voor de redactie die betekenissen geven, wil het ruimte bieden, in klassieke en minder klassieke vormen, op papier en online, op podia en facebook. Kluger Hans is roekeloos megalomaan in zijn ambities.”

Het eerste nummer:
- Juliana Spahrs gedichtencyclus witness (hier vertaald als getuigen) problematiseert het denken over taal, gender, ziekte, geschiedenis, enz. door in te zoomen op de aids-problematiek;
- De communisten van Jan Balabán toont de illusieloosheid van een generatie Tsjechen die opgroeiden onder het communisme en nu in een ander leven verder moeten;
- Een voorproefje uit Aldus Antoine, de debuutroman van Jan Deuvaert;
- Na de polemiek, het essay. De bloemlezing Hotel New Flandres. 60 jaar Vlaamse poëzie 1945-2005 beweert niet representatief te zijn. Maar op welk vlak is ze dat niet? En wanneer is ze het toch? Door Xavier Roelens;
- Olaf Risee is ontgoocheld door Ilja Leonard Pfeijffer. Over het verschil tussen beweren dat men moet durven en daadwerkelijk durven.

Abonneren:
Wie zich abonneert op Kluger Hans, ontvangt 4 keer per jaar het tijdschrift. Bovendien hebben abonnees toegang tot diverse extra's online: (aanvullende) bijdragen, exclusieve toegang tot teksten, avant-premières, stemrecht bij wedstrijden, enz.

Om u te abonneren schrijft u 25 euro (België), 29 euro (Nederland) of 35 euro (andere landen) over op onderstaand bankrekeningnummer. Vermeld in de opdracht duidelijk uw naam, huisadres en e-mailadres.
Eerst zien, dan geloven? Kies dan voor een vrijblijvende kennismaking. Voor slechts 7 euro (buiten België: 9 euro) ontvangt u zonder verdere verplichtingen het eerste nummer.

Voor overschrijvingen uit België: FORTIS Gent, 001-5750704-38
Voor overschrijvingen uit het buitenland: FORTIS Gent, BE24 001575070438 (IBAN), GEBABEBB (BIC+Swift)

Meer info:
website: http://www.klugerhans.net
e-mail: info@klugerhans.net
telefoon: 0032 (0)486 39 65 58

Het initiatief:
van zeven mensen: Bart De Block, Marie Meeusen, Olaf Risee, Xavier Roelens, David Troch, Joris Vercammen en Reinout Verbeke.

vrijdag 6 februari 2009

zoekwoorden 164 165 166

waar slapen meisjes in
waarom zijn de meisjes die je niet kent altijd mooi
waarover kan praten met een meisje

'peperkoekenhuis' staat al maanden op twee
?? vreemde lezers. zo in koek geloven!
(een schande een schande)

klop klop klop klop

Er komt gauw meer, dames en heren. En niet 's nachts...

Populaire berichten